Hoewel ik in de veronderstelling verkeerde dat het toezicht op trustkantoren in hoge mate risicogebaseerd is, denkt DNB daar blijkens de wetgevingsbrief die onlangs is bekend gemaakt anders over.
Naar aanleiding van de mededelingen van DNB deelt de minister van financiën het volgende mee:
Risicogebaseerd toezicht trustkantoren
Ik sta welwillend tegenover de wens voor een meer risicogebaseerd regelgevend kader voor trustkantoren. Ten aanzien van het eerste punt (verruiming van de mogelijkheid om boetes te publiceren) verwijs ik naar het betreffende onderdeel in deze brief. Ten aanzien van het tweede punt, verruiming van de mogelijkheden tot het intrekken van de vergunning kan ik berichten dat ik positief tegenover de wens van DNB sta. Ik zal in overleg met DNB de mogelijkheden verkennen.
DNB schrijft in de brief dat een betere gelijkschakeling tussen Wtt en Wft/Wwft zou moeten plaats vinden, door het invoeren van normen voor beheerste en integere bedrijfsvoering in de Wtt, naar model van artikel 3:17 Wft. In samenhang daarmee zou een norm voor twee dagelijks beleidsbepalers moeten worden ingevoerd naar het model van artikel 3:15 Wft. De cliëntenidentificatie zou net zo risicogebaseerd moeten worden als in de Wwft (ik begrijp van het verhaal over de cliëntenidentificatie helemaal niets, eerlijk gezegd).
Zie voor de complete tekst de brief van DNB, een helaas niet citeerbaar pdf bestand, zodat ik de tekst niet makkelijk kon kopiëren en in dit bericht plakken.
Zie over naming & shaming het andere bericht op dit blog.
Aanvulling 28 juli 2014
Met dank aan Nicolaas Weeda, bij wie het OCR programma wel werkte, onderstaand passages uit de brief van DNB over trustkantoren:
Publicatie van lasten onder dwangsom en bestuurlijke boetes
Bij het streven naar meer transparantie, past ook een beleid om door de toezichthouder opgelegde handhavingsmaatregelen, zoals bestuurlijke boetes, openbaar te maken. In de recente praktijk is gebleken dat er een verschil bestaat tussen DNB en de AFM ten aanzien van de publicatie van bestuurlijke boetes vanwege overtreding op het gebied van de beheerste en integere bedrijfsvoering. In de consultatieversie van het Implementatiebesluit CRD IV en CRR is voorzien dat di t verschil voor nieuwe gevallen wordt opgeheven. DNB verwelkomt dit.Ten aanzien de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft), de Wet toezicht trustkantoren (Wtt) en de Sanctiewet l 977 (Sw) ontbreekt op dit moment nog de mogelijkheid tot publicatie van lasten onder dwangsom of van bestuurlijke boetes. Het opnemen van een dergelijke bepaling in deze wetten zou goed aansluiten bij het streven van DNB naar meer transparantie en de preventieve werking hiervan.
Hetzelfde geldt voor lasten onder dwangsom of bestuurlijke boetes die DNB oplegt op grond van artikel 9c, eerste respectievelijk tweede lid, van de Bankwet 1998 voor overtredingen van – kort gezegd – de echtheids- en geschiktheidsvereisten voor eurobankbiljetten als bedoeld in artikel 9a, eerste tot en met derde lid, van de Bankwet 1998 of voor overtredingen van de Verordening valsemunterij (EG) nr. 1338/2001. Ook voor andere regelgeving waar DNB toezicht op houdt, zoals SEPA, geldt dat DNB streeft naar het zoveel mogelijk transparantie.
DNB verzoekt om de bevoegdheid om lasten onder dwangsom en bestuurlijke boetes te publiceren die worden opgelegd in het kader van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft), Wet toezicht trustkantoren ( Wtt) en de Sanctiewet 1977 (Sw), dan wel op grond van artikel 9c, eerste respectievelijk tweede lid, van de Bankwet 1998. (…)
Risicogebaseerd toezicht trustkantoren
DNB verwelkomt de aanstaande wijziging van de Regeling integere bedrijfsvoering Wet toezicht trustkantoren (Rib Wtt). De wijziging van de Rib is een belangrijke stap in hel streven van DNB naar een trustsector met professionele en goed bestuurde trustkantoren die voldoen aan wel- en regelgeving. In het belang van verdere professionalisering en toekomstbestendigheid van de trustsector acht DNB het van belang om voortbouwend op de nieuwe Rib, de Wtt nader te herzien en meer risicogebaseerd in te richten en in lijn te brengen met de institutionele eisen uit de Wft en de cliëntidentificatievereisten ui t de Wwft.
Een betere gelijkschakeling tussen de Wtt en de Wft/ Wwft zou kunnen worden gerealiseerd door het invoeren van normen voor beheerste en integere bedrijfsvoering i n de Wtt, naar model van 3: 17 Wft, door te expliciteren dat de bedrijfsvoering van trustkantoren erop gericht moet zijn om de risico’s die het bedrijf van trustkantoor met zich meebrengt te mitigeren. In samenhang hiermee zou een norm voor twee dagelijks beleidsbepalers moeten worden ingevoerd, naar model van 3: 15 Wft. Tevens zouden de cliëntidentificatievereisten voor trustkantoren meer risicogebaseerd moeten worden ingericht, naar model van de Wwft en zou de afbakening van de reikwijdte van de Wtt en de onder de wet gereguleerde diensten moeten worden herzien, ter beperking van het inherente integriteitrisico dat bepaalde diensten met zich meebrengen.
In aanvulling op het aanscherpen van de vereisten voor trustkantoren is het noodzakelijk dat van formele handhavingsmaatregelen een signaal uitgaat door verruiming van de mogelijkheden om boetes te publiceren, naar model van afdeling 1.5.2 van de Wft. In het geval dat een trustkantoor structureel niet in staat is om aan de wettelijke normen te voldoen en DNB vaststelt dat er geen andere middelen openstaan om naleving van de normen af te dwingen, dan moet DNB voldoende mogelijkheid hebben om de vergunning in te trekken, naar model van 1: 104 Wft.
Tot slot geldt dat de Beleidsregel Betrouwbaarheidsloetsing van DNB en AFM na een recente wijziging van regelgeving alleen nog van toepassing is op trustkantoren. Voor Wft-instellingen zijn de bepalingen aangaande de betrouwbaarheidstoetsing sinds enige tijd opgenomen in het Besluit prudentiële regels. Ook voor trustkantoren zouden deze regels op termijn in bijvoorbeeld de Regeling integere bedrijfsvoering Wtt 2014 kunnen worden ingevoegd. De Beleidsregel Betrouwbaarheidstoetsing zou dan kunnen worden ingetrokken.
DNB denkt graag mee over de mogelijkheden het regelgevend kader voor trustkantoren meer risicogebaseerd te maken, in lijn met de Wft, om verdere professionalisering van de sector te kunnen bevorderen.
NB Door mij is niet gecheckt of een en ander volledig goed is overgekomen. Raadpleeg als het nodig is de originele tekst.